"Ik kijk altijd naar wat wél kan"

"Ik kijk altijd naar wat wél kan"

08 september 2023

De heer Aken (84) woont in Waterrijk – een woonlocatie voor mensen die zelfstandig willen wonen én actief zijn in Dichteren, Doetinchem. Ook al gaat hij lichamelijk achteruit, hij is niet het type om thuis te zitten. Liever maakt hij een ommetje op de fiets of zoekt hij contact met medebewoners. Bij Waterrijk kan hij blijven doen wat hij wil, met de zorg van Sensire binnen handbereik.

“’Opa’, zei mijn kleinzoon eens tegen mij, ‘kom gewoon eens kijken in het Waterrijk. Misschien is dit een fijne plek voor u.’ Dat deed ik en het beviel me wel. Nu woon ik er alweer een tijdje. Mijn appartement is licht en ruim, de buurt is gezellig en de zorg van Sensire ervaar ik als persoonlijk. Liever wil ik alles zelf kunnen, maar lichamelijk lukt dit me niet meer – ik ben vooral slecht in balans. Ik ben dan wel 84 jaar oud, maar geestelijk voel ik me 25. Dit maakt ouder worden niet gemakkelijker; ik wil en kan me er niet bij neerleggen dat mijn gezondheid me in de steek laat. Ik wil blijven doen wat ik altijd deed.

De hort op

Het is belangrijk voor mij om de regie in eigen hand te houden, daarom wil ik alleen voor het hoogstnoodzakelijke hulp van de zorg. Ik wil niet afhankelijk zijn van anderen – ook al ben ik dat deels natuurlijk wel. Je kunt denken: de zorg regelt die oogdruppels wel, maar ik wil het zelf kunnen. Zodat ik overdag niet op de zorg hoef te wachten, maar de hort op kan. Zoals ik dat gewend ben en wanneer ik wil, dát is belangrijk voor mij. De verpleegkundigen hebben me geholpen om het zelf te kunnen. Misschien niet geheel verantwoord, maar ik strijk en was ook gewoon zelf. En als de huishoudelijke hulp niet kan komen, probeer ik zelf wat te doen. Ik houd van een opgeruimd huis.

Het is belangrijk voor mij om de regie in eigen hand te houden"

Potje Rummikub

Mijn insteek is niet ‘wat kan ik niet’, maar ‘wat kan ik wel’? Doordat de zorg me bijvoorbeeld helpt met douchen, houd ik energie over voor andere dingen. Ik ben niet het type om thuis te zitten, dat maakt me onrustig. Vrijwel iedere dag maak daarom ik een ommetje op de fiets en ik ben graag onder de mensen. Dat heb ik nodig, anders word ik weemoedig. De ene keer doe ik een potje Rummikub met de buurvrouw, een andere keer ga ik eten met een clubje bewoners – gekscherend noemen we onszelf weleens ‘De Drie Musketiers’. En drie keer per maand eet ik bij mijn dochter en kleinkinderen. Hier zie ik altijd naar uit, met acht man zitten we dan aan tafel. We doen spelletjes en er is muziek.

Ik kijk terug op een mooi leven, zonder al te veel tegenslag. Op jonge leeftijd ontmoette ik mijn vrouw. We trouwden en kregen twee meiden en een jongen, inmiddels allemaal vijftigers. Mijn vrouw en ik reisden veel: van Mexico tot Bulgarije, van de Dominicaanse Republiek tot Egypte. Dit mis ik, maar ik weet ook dat het gewoon niet meer kan.

Het ging niet meer

Toen mijn vrouw 65 jaar was, kreeg ze verschijnselen van dementie. Er kwam steeds meer op mij neer. De zorg voor mijn vrouw en alles eromheen viel me zwaar. Mijn kinderen zagen dat ik eraan onderdoor ging. Omdat het thuis niet meer ging, brachten we haar naar woonzorgcentrum Den Ooiman van Sensire. Dit is het ergste wat ik meemaakte in mijn leven. Iedere dag bezocht ik haar; ik hielp haar met eten en ging met haar naar buiten. Tot ik zelf een herseninfarct kreeg. Ik revalideerde in hetzelfde woonzorgcentrum als waar mijn vrouw verbleef, alleen zat zij aan de andere kant van het gebouw op de afdeling geriatrie.

Stiekem

Het mocht eigenlijk niet, want ik was nog aan het herstellen, maar ’s avonds ging ik naar mijn vrouw. Stiekem. Zodra het donker werd, pakte ik mijn rollator en zocht ik haar op. Tragisch genoeg overleed ze in diezelfde periode. Ik was aan het herstellen aan de voorkant van het gebouw, mijn vrouw overleden aan de achterkant…

Na het overlijden van mijn vrouw woonde ik nog 1,5 jaar in ons huis, daarna vertrok ik naar Waterrijk. Op Waterrijk zoek ik contact met andere bewoners die alleen zijn, ik heb zelf ervaren wat dat met een mens doet. Wanneer het me opvalt dat iemand alleen is, dan ga ik naar die persoon toe, met nieuwe buren maak ik kennis en ik wissel de krant uit met buren. Het leven begint zijn glans te verliezen nu ik ouder word; veel dingen kunnen niet meer, maar contact maken kan nog wél. En daar geniet ik ten volste van.”

Heeft u vragen? Of wilt u uw mening geven? U kunt hieronder openbaar reageren. Voor persoonlijke vragen kunt u een e-mail sturen aan info@sensire.nl.